In grote lijnen is er een akkoord bereikt over de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (aov) voor zzp’ers. Het maandbedrag dat zelfstandigen kunnen krijgen, komt wel lager te liggen dat dan van werknemers in loondienst. Ook is er gekozen voor een lagere dekking voor zzp’ers om de premie betaalbaar te houden.
Dit meldt AD.nl op basis van stukken die in handen zijn van het FD. Sociale partners, verenigd in de Stichting van de Arbeid, zijn uitgekomen op een maximaal bedrag van 1650 euro per maand bruto. De premie van de nieuwe verplichte verzekering voor de ruim 1 miljoen zzp’ers in Nederland wordt inkomensafhankelijk. Maar daar zit wel een limiet aan: zelfstandigen zullen maandelijks naar verwachting op zijn hoogst ongeveer 200 euro per maand kwijt zijn.
Daarnaast hangt de hoogte van de premie af van de wachttijd, de periode die een zzp’er zelf moet zien te overbruggen zonder inkomen. Zelfstandigen gebruiken hiervoor bijvoorbeeld een broodfonds, eigen vermogen of een aparte verzekering. Zzp’ers kunnen straks kiezen of ze na een halfjaar, een jaar of na twee jaar in aanmerking komen voor de verzekering. Bij twee jaar zal de premie lager uitvallen. Zelfstandigen die niet kiezen, krijgen een standaard wachttijd van een jaar.
Deze week wordt het akkoord voorgelegd aan de achterban van de sociale partners. Volgende week willen zij de plannen presenteren aan minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken. In januari had er al een overeenstemming over dit onderwerp moeten zijn, maar toen konden werkgevers, bonden en zzp-organisaties het niet eens worden over de hoogte van de uitkering en de premie. De bonden stemden voor een verzekering gelijkwaardig aan die van werknemers in loondienst, maar zzp’ers en werkgevers vonden die te duur. Volgens de bonden vermindert de verplichte aov de oneigenlijke concurrentie met werknemers op de arbeidsvoorwaarden.
Naar verwachting gaat de nieuwe verzekering rond 2024 in en wordt die door UWV uitgevoerd. Alle zelfstandigen zijn tot aan de AOW-leeftijd verplicht verzekerd. Zzp’ers die al een verzekering hebben, of die zich liever zelf verzekeren, kunnen een vrijstelling krijgen. Hun verzekering moet dan wel op zijn minst gelijkwaardig zijn aan de verplichte aov.