
Er moet een betere afstemming komen tussen de richtlijn pakketreizen en de EU-verordening die de rechten van vliegtuigpassagiers beschermt. Dat zegt ANVR-voorzitter Frank Oostdam in zijn functie als voorzitter van ECTAA, de Europese ANVR.
Vanwege de onstabiele situatie in Israël en mogelijke verdere complicaties in de regio hebben touroperators te maken met massale annuleringen van geboekte pakketreizen. Reisorganisaties moeten klanten geld terugbetalen, vaak voordat zij op hun beurt de vooruitbetaling van dienstverleners vergoed krijgen.
Sommige luchtvaartmaatschappijen doen dat volgens ECTAA niet helemaal eerlijk door alleen vouchers aan te bieden in plaats van terugbetaling van de ticketprijs.
Veel luchtvaartmaatschappijen zijn gestopt naar Israël te vliegen of voerden de laatste dagen alleen nog evacuatievluchten uit om buitenlanders naar huis te brengen. Touroperators moesten reizen naar Israël annuleren omdat dat niet langer verantwoord was vanwege de veiligheid.
Organisatoren van pakketreizen worden in deze situatie met ‘grote uitdagingen’ geconfronteerd, zegt ECTAA.
Terwijl luchtvaartmaatschappijen vaak op korte termijn vluchten annuleren vanwege de actuele situatie, moeten reisorganisaties hun pakketten vaak op langere termijn annuleren. Zij zijn hiertoe gedwongen omdat zij hun contractuele verplichtingen jegens de klant niet kunnen nakomen.
Zodra een reisorganisatie een pakketreis annuleert, heeft een klant recht op terugbetaling binnen 14 dagen, volgens de richtlijn pakketreizen. Maar dan moeten andere partijen die deel uitmaken van het pakket, zoals airlines, ook snel het vooruitbetaalde geld terugbetalen. En dat doen zij vaak niet.
Dat deze dienstverleners het vooruitbetaalde deel van de reissom niet terugbetalen, stelt reisorganisaties voor ‘extreme uitdagingen’ om aan hun contractuele verplichtingen tegenover klanten te voldoen. Volgens ECTAA was dit tijdens de recente coronapandemie de belangrijkste reden waarom sommige reisorganisaties klanten niet konden terugbetalen.
De geschiedenis lijkt zich te herhalen. In de huidige situatie bieden sommige luchtvaartmaatschappijen opnieuw alleen vouchers aan voor geannuleerde vluchten, in plaats van contant terug te betalen. ECTAA pleit er daarom voor dat de terugbetalingsplicht gaat gelden voor alle leveranciers van diensten die deel uitmaken van een pakket, dus ook voor het vliegmaatschappijen. Dit kan worden bereikt door wijzigingen in de richtlijn pakketreizen.
‘De huidige situatie laat eens te meer zien dat we dringend behoefte hebben aan een betere onderlinge afstemming van de richtlijn pakketreizen en de EU-verordening voor de rechten van vliegtuigpassagiers’, zegt Oostdam. ‘Als de Europese Commissie reizigers effectief wil beschermen, dan zou een dergelijke harmonisatie een prioriteit moeten zijn bij de komende herziening.’