
Hoewel de naam Vaste Lasten Nachtsluiting anders doet vermoeden, is deze regeling wel degelijk ook beschikbaar voor reisbedrijven die aan de criteria voldoen.
De Vaste Lasten Nachtsluiting (VLN) is de opvolger van de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL). Het belangrijkste criterium voor de nieuwe regeling is dat ondernemers in het vierde kwartaal van 2021 minimaal 50 procent minder omzet hebben dan in het vierde kwartaal van 2019.
Een voorwaarde is wel dat zij de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) in het tweede én derde kwartaal 2021 kregen.
In het Kamerdebat over de coronasteunmaatregelen, heeft minister Stef Blok woensdag aangegeven niet van plan te zijn andere sectoren dan de nachthoreca steun te verlenen, maar de minister erkende dat het juridisch niet mogelijk is om een regeling te maken die alleen op deze specifieke branche is gericht.
De minister doet daarom een oproep aan ondernemers om alleen gebruik te maken van de regeling Vaste Lasten Nachtsluiting (VLN) als ze last hebben van de nachtsluiting.
Vrijwel alle partijen in de Kamer vroegen in het debat aandacht voor andere sectoren die ook nog in de problemen zitten door corona. Vrijwel alle partijen noemden hierbij ook de reisbranche en de kleine reisondernemingen.
In een motie van Thierry Aartsen (VVD) en andere Kamerleden werd geconstateerd dat alle bedrijven aanspraak kunnen doen op de VLN. Daarom is de regering gevraagd de overheidscommunicatie over de VLN-regeling ook te richten op andere bedrijven dan alleen de nachthoreca.
Afgelopen maandag meldde de ANVR al dat, hoewel de VLN-regeling zich lijkt te richten op de nachthoreca, de regeling ook beschikbaar is voor (reis)bedrijven die voldoen aan de gestelde criteria. De regeling moet overigens nog door de Europese Commissie in Brussel worden goedgekeurd.
‘We hebben een beroep op de Kamerleden gedaan om de reisbranche mee te nemen in hun overwegingen’, zegt Walter Schut, adjunct-directeur van de ANVR.
‘Wij zijn blij met de Kamerbrede aandacht voor de reisbranche. Minister Blok suggereerde dat de reisbranche nog jaren met omzetverlies zal kampen en je de belastingbetaler daar niet voor kan laten opdraaien. Dit is onjuist. De reisbranche heeft fors gereorganiseerd. Meer dan 30 procent van het personeel heeft de branche al moeten verlaten. Inmiddels gaat het wat beter met de branche. Maar dat geldt zeker nog niet voor elke reisonderneming. Daarom is het goed dat zij een beroep kunnen doen op deze VLN-regeling in Q4. De minister zou ons kunnen helpen door de huidige ‘oranje-reisadvisering’ voor de meeste bestemmingen buiten Europa wat sneller aan te passen en daar geen maanden overheen te laten gaan.’
Over de oproep van het kabinet om geen gebruik te maken van de VLN-regeling, met uitzondering van de nachthoreca, zegt Schut:
‘Ik zie niet in waarom de overheid enerzijds nachtclubs met 60 procent omzetverlies steun geeft, maar anderzijds een beroep doet op reisbedrijven met ook 60 procent omzetverlies om géén steun aan te vragen. Wij hebben in het afgelopen jaar diverse malen een moreel beroep gedaan op de overheid om ook kleine zelfstandigen en ZRA’s, die in een gelijke situatie zaten, financieel te helpen. Dit werd echter door de overheid niet ondersteund. Het al of niet aanvragen van VLN in Q4 is iets dat elk bedrijf zelf moet afwegen.’