
Het opstarten van buitenlandse vakanties zal in eerste instantie naar de omringende landen zijn, gevolgd door zonbestemmingen die voldoen aan de afgesproken protocollen.
Dat stelde ANVR-voorman Frank Oostdam maandagochtend in het tv-programma Goedemorgen Nederland op NPO 1, waar de vraag aan de orde kwam: kunnen we deze zomer nog op vakantie?
In zijn antwoord temperde Oostdam de verwachtingen. Zo moeten de bestemmingen wel voldoen aan afgesproken protocollen als het gaat om hygiëne en veiligheid.
Ondertussen heeft de reissector dringend overheidssteun nodig, herhaalde hij.
Sommige zonbestemmingen maken zich al op voor een bescheiden start van het seizoen in de loop van de zomer, zoals Griekenland, Portugal, Kroatië en Turkije. ‘Dat zal met een kleiner volume zijn dan normaal en het zal ook afhangen van de protocollen in Nederland en op de bestemmingen. Wordt er weer gevlogen en zegt Buitenlandse Zaken dat het weer kan? In Griekenland gaan in juni de kleinere hotels weer open, met een maximale bezetting van 40 tot 60 procent. Dat is bescheiden, maar we zijn blij met alle sprankjes hoop.’
Oostdam herhaalde dat de reissector dringend steun nog heeft van de overheid. Vier weken voor de horeca de deuren moest sluiten, lag de reiswereld al plat, gaf hij als voorbeeld. En de reissector zal als een van de laatste weer op gang komen.
Ook herhaalde hij het belang van het uitgaand toerisme voor de Nederlandse economie. Van elke euro die wordt besteed aan buitenlandse reizen, blijft 30 cent in Nederland. De reissector is goed voor ruim 1 procent van het bruto nationaal product.
Tweede Kamerlid Thierry Aartsen (VVD), eveneens aan tafel, schaarde zich in het programma achter de SGR-voucher. Hij riep de ontvangers daarvan op deze te accepteren en inschikkelijk te zijn. ‘Gun elkaar wat.’