Wie in de reissector profiteert van uitbreiding steunpakket?

De reissector werd vaak genoemd tijdens het debat ‘Uitbreiding van het steunpakket voor bedrijven’ dat gisteren plaatsvond, maar onduidelijk is nog welke moties er (volgende week dinsdag) worden goedgekeurd, hoe de maatregelen daadwerkelijk uitgevoerd gaan worden en wie er wel en wie er niet van profiteren. Extra geld voor kleinschalige reisorganisaties, sectorspecifieke maatregelen voor de reisbranche en het schrappen of wijzigen van de partnertoets en aparte ingang, het kwam allemaal ter sprake. TravMagazine sprak Ton Brinkman (voorzitter VvKR), die laat weten dat de motie voor hulp aan kleinschalige reisorganisaties uit de koker van de VvKR komt.

Amhaouch (CDA), Aartsen (VVD), Van Weyenberg (D66), Bruins (ChristenUnie), Wiersma (VVD) en Van Kent (SP) dienden een motie in die kleinschalige reisorganisatie moet helpen, zo blijkt uit het kamerdebat. Zij hebben de regering gevraagd om kleinschalige reisorganisaties te steunen aangezien er hoge kosten zijn gemaakt door annuleringen en omboekingen. Amhaouch: ‘Ik noem bijvoorbeeld de reisbranche, waar met name kleine ondernemers al meer dan een jaar lang te maken hebben met hoge annuleringskosten die niet gedekt zijn.’

€ 40 miljoen
Brinkman legt desgevraagd uit wat hij vorige week met staatssecretaris Mona Keijzer heeft besproken en wat de motie met betrekking tot de kleinschalige reisorganisaties volgens hem inhoud. ‘Tijdens het gesprek met Keijzer heb ik het gehad over het gereserveerde bedrag voor de kleinschalige garantiefondsen (€ 40 miljoen). Dit staat gereserveerd als een backlock voor het Garantiefonds voor Gespecialiseerde Touroperators (GGTO) en de VZR Garant, maar € 40 miljoen is veel te hoog’, aldus Brinkman. Op het moment dat er € 400 miljoen werd gereserveerd voor de SGR zijn de kleinschalige reisorganisaties volgens Brinkman op het laatste moment ter sprake gebracht. ‘Die hadden ze niet op het netvlies bij Economische Zaken, waarop wij uitleg hebben gegeven over GGTO en VZR Garant. Daar is die € 40 miljoen voor gereserveerd en dat is heel mooi, maar dus teveel.’

Voucherfonds te duur
‘Waarom die € 40 miljoen teveel is?’ Brinkman: ‘Omdat er voor leden die een voucherlening willen nemen veel goedkopere opties zijn, dan dat er een speciale organisatie voor wordt opgetuigd. Voor de kleinschalige reisorganisaties is het Voucherfonds in de basis te duur. Daardoor had ik budgettaire ruimte. Wij waren bang dat als er maar € 10 tot € 15 miljoen nodig blijkt te zijn, dat de rest vrij wegvalt in de algemene middelen. Ik heb beargumenteerd naar een aantal fracties in de Tweede Kamer om het restant te gebruiken als een eenmalige schadevergoeding voor kleinschalige reisorganisaties van € 10.000. Je moet deze ‘annuleringsvergoeding’ in hetzelfde plaatje zien als de ijskastvergoeding voor de horeca en de vuurwerkbranchevergoeding. De motie wordt nu door vijf fracties breed gesteund, maar dinsdag valt de beslissing. Ik probeer vanmiddag nog Haga (Fvd) te bereiken en dan hebben we ze bijna allemaal.’ Daarmee lijkt de motie er aanstaande dinsdag in de kamer met een meerderheid door te gaan komen. Daarbij tekent Brinkman aan dat dat nog niet wil zeggen dat het wordt toegekend.

Uitwerken in samenwerking met reisbranche
Die tegemoetkoming voor de kleinschalige reisorganisaties moet er volgens de vijf partijen komen met betrekking tot de annuleringskosten die ondernemers hebben moeten maken en die niet binnen het huidige steunpakket vallen, en dit op eenzelfde manier vorm te geven als de voorraadregeling voor de detailhandel en horeca, met een procentuele opslag die past bij de hoogte van deze annuleringskosten, zodat het samen met de vorige week aangekondigde wijzigingen in de TVL kan worden gerealiseerd’. Tweede Kamerlid Bruins (ChristenUnie) heeft TravMagazine laten weten er vanuit te gaan dat de motie dinsdag wordt goedgekeurd. ‘Het is een mooie motie die verder uitgewerkt zal gaan worden in samenwerking met de reisbranche. Verdere details zijn er nog niet.’

Sectorspecifieke voorstellen
Verder hadden ook Bart van Kent (SP), Gijs van Dijk (PvdA) en Paul Smeulders (GroenLinks) het tijdens het debat over de reisbranche. Van Kent diende daarbij de volgende motie in: ‘Constaterende dat ondernemers in verschillende sectoren, zoals de reisbranche, schoonheidsspecialisten en rijschoolhouders, de coronacrisis niet dreigen te overleven verzoeken wij de regering om de hiaten binnen het huidige steunpakket in kaart te brengen en met spoed sectorspecifieke voorstellen aan de Kamer te zenden teneinde ook deze ondernemers te compenseren voor hun omzetverlies.’

Eigen voordeur
Van Kent laat in zijn beargumentering verder weten: ‘In de reisbranche hebben veel mensen geen eigen voordeur, maar ze zijn wel hun inkomen kwijtgeraakt, hebben wel vaste lasten en komen niet in aanmerking voor de TVL. De vraag aan de minister is of hij bereid is om de problemen met de steunmaatregelen zoals we ze nu hebben tegen het licht te houden, die te onderkennen en met sectorspecifieke oplossingen te komen, om iedereen het zicht op de haven dat we hebben te geven en iedereen in het laatste stukje van deze crisis mee te nemen.’ Later in het debat laat hij aan de voorzitter weten: ‘Mijn vragen over de reisbranche, de rijscholen en de schoonheidsspecialisten heb ik niet binnen het kader van de TVL gesteld. Bij de rijschoolhouders staan de auto’s stil, maar heeft men in het verleden pakketten ingekocht. Daardoor loopt men de periodes waaraan gerefereerd moet worden, mis en is er geen recht op steun. Ik heb gevraagd of we niet buiten de TVL, specifiek voor deze sectoren, voor ondernemers met een SBI-code, een steunbedrag kunnen organiseren. Ik vraag nadrukkelijk om ook buiten die TVL, om buiten de bestaande regelingen, te kijken hoe er voor sectoren waar het evident misgaat, steun geregeld kan worden.’ Van Kent: ‘Als het over de partnertoets gaat, wordt vaak verwezen naar de TVL en de TONK. Het zijn regelingen die bijzonder ingewikkeld zijn, het zijn regelingen met zodanige bepalingen dat een hele hoop mensen er geen aanspraak op kan maken. Bij de TVL gaat het bijvoorbeeld om mensen die geen voordeur voor hun bedrijf hebben, letterlijk’, aldus Kent. ‘Ze hebben een bedrijf aan huis, maar geen aparte voordeur voor hun bedrijf. Kunnen we er met het zicht op de haven voor zorgen dat deze mensen geen schipbreuk lijden? Kunnen we voor deze groep mensen iets gaan organiseren? Het is heel en heel hard nodig.’

Schrijnende gevallen
Ook Amhaouch, Aartsen, Bruins en Van Weyenberg constateren dat er schrijnende gevallen zijn die bij de TVL buiten de boot vallen. In een motie laat Amhaouch weten namens de vier de regering te verzoeken een oplossing te creëren voor deze schrijnende gevallen en deze op individuele basis opnieuw te beoordelen door binnen RVO daar een aparte commissie voor in te richten. Ook Haga diende een motie in over de TVL en roept de regering op de TVL cap van € 400.000 (en de OVG cap van € 200.000) te verwijderen uit de regeling. Haga riep hiertoe op met het oog op grotere bedrijven, winkel- en hotelketens en andere concerns die daardoor volgens hem ten onrechte maar zeer beperkt worden gecompenseerd voor de schade die zij lijden.

Partnertoets
Haga en Baudet lieten weten te constaterende dat bij de Tozo de partnertoets vaak leidt tot schrijnende situaties. Ook in de reissector een veelgehoord geluid. De motie van Haga en Baudet luidt: verzoek aan de regering om bij de partnertoets beide inkomens te salderen en bij een negatief saldo de Tozo alsnog toe te kennen. Haga en Stoffer dienden verder nog een motie in om ‘kwalificerende werkruimte elders’ of ‘een vestigingsadres buiten het huisadres’ als voorwaarde in de TVL te schrappen.

Wie?
De motie waardoor kleinschalige reisorganisaties geholpen gaan worden lijkt er door te gaan komen, maar de uitwerking is er nog niet. Wat betreft de andere moties is dat nog maar de vraag. Niet voor alle moties gaan de handen in politiek Den Haag op elkaar. Daarnaast moet uiteindelijk nog maar blijken wie waarvan gaat profiteren. Eén ding is duidelijk; de lobbyisten uit de reissector kijken voorzichtig tevreden naar de ontwikkelingen in Den Haag. Zo liet Bram Beurskens (ZRA Travel Counsellors) eerder al aan TravMagazine weten de motie te zien als resultaat van de gezamenlijke lobby. Frank Oostdam (directeur ANVR) noemde de motie ‘wat vaag‘, maar spreekt vooral over een mooie ontwikkeling.