
Corendon moet SGR het bedrag betalen dat het garantiefonds tijdens de coronacrisis heeft betaald aan Corendon-klanten die van D-reizen een nul-voucher hadden gekregen. Dat blijkt uit een tussenvonnis van de rechtbank Rotterdam, in een zaak die SGR eerder dit jaar had aangespannen.
SGR verlangt hierbij circa 3,4 miljoen euro van Corendon, zo bleek uit de rechtszaak die half januari dit jaar diende. In zijn tussenvonnis van woensdag 19 april stelt de rechter SGR in het gelijk.
D-reizen had tijdens de coronacrisis, tussen maart 2020 en december 2020, nul-vouchers aan consumenten uitgegeven, zonder dat daar een zogeheten kluisvoucher van Corendon tegenover stond.
Naar aanleiding van het faillissement van D-reizen heeft SGR deze klanten met een dergelijk (onrechtmatig) voucher later onder haar garantieregeling schadeloos gesteld. Vervolgens klopte SGR bij Corendon aan om het bedrag dat betrekking heeft op nul-vouchers op de touroperator te verhalen.
Volgens het tussenvonnis hebben D-reizen-klanten bij ontvangst van hun vooruitbetaalde reissom door SGR tegelijk hun vordering overgedragen aan SGR. Daarmee is het terecht dat het garantiefonds nu bij Corendon aanklopt om dat geld terug te vragen, aldus de rechter.
Corendon stelt dat SGR deze schade moet dragen omdat de nul-vouchers niet hadden mogen worden uitgegeven. Corendon-topman Steven van der Heijden verklaarde eerder tegen TravMagazine dat SGR de kwestie zelf heeft afgehandeld, in plaats van de klant naar Corendon door te verwijzen, waardoor Corendon die klant een alternatieve reis had kunnen aanbieden of kunnen verkopen. ‘Die kans hebben ze ons daarmee ontnomen’, aldus Van der Heijden in januari dit jaar.
SGR vindt dat Corendon zelf verantwoordelijk is omdat zij met D-reizen had afgesproken dat de aanbetaling op geboekte reizen niet doorgestort hoefde te worden aan Corendon.
De rechter stuurt nu beide partijen naar de onderhandelingstafel om de hoogte van het bedrag te bepalen. Mochten SGR en Corendon daar niet uitkomen, dan moet een extern deskundige zich over de hoogte uitspreken. Beide partijen hebben acht weken de tijd om eruit te komen.
Reactie SGR
SGR-directeur Erik Jan Reuver laat woensdagavond desgevraagd weten dat SGR vooralsnog vasthoudt aan de hoogte van het gevorderde bedrag: circa 3,4 miljoen euro, verhoogd met anderhalf jaar rente van enkele tonnen.
Hij wijst op een passage uit het tussenvonnis. Volgens de rechter had Corendon zelf goede afspraken met D-reizen moeten maken over de gelden die D-reizen van reizigers ontving en op naleving daarvan moeten toezien, zodat de reizigers en Corendon zelf er niet de dupe van zouden kunnen worden dat D-reizen van reizigers ontvangen gelden niet doorbetaalde aan Corendon.
Reactie Corendon
Steven van der Heijden, CEO van Corendon, zegt aan het tussenvonnis te zullen voldoen en met SGR in gesprek te gaan.
‘De rechter heeft gezegd dat wij een onderbouwing van de vordering moeten krijgen. Dus die gaan we vragen van SGR. De rechter beveelt dat we om de tafel gaan en beveelt de SGR om de onderbouwing per individuele claim aan te leveren voor de vordering die ze hebben. Dus op basis daarvan gaan we in gesprek met SGR.’
Het aanstellen van een extern deskundige in tweede instantie hoopt Van der Heijden te kunnen vermijden, aangezien dat vooral tijd en geld kost. ‘Dat willen we niet. Maar het vonnis is pas vanmorgen gepubliceerd, dus we hebben het nog niet met onze advocaten in detail kunnen bespreken.’
Volgens Van der Heijden bevat de uitspraak wel wat ‘kort door de bocht-redeneringen’. ‘Bijvoorbeeld dat de rechter zegt dat het wellicht zo zou zijn dat de afwikkeling waarvoor SGR heeft gekozen, ongunstig heeft uitgepakt voor Corendon. Met andere woorden dat voor Corendon een gunstiger manier had kunnen worden gekozen. Dat is de manier die wij hadden gesuggereerd, namelijk dat wij de klanten hadden kunnen benaderen die in het bezit waren van nul-vouchers. Of dat die klant ons had moeten benaderen. Maar dat vindt de rechter toch onvoldoende basis om dan de vordering toe te wijzen. Daar vinden we wel wat van. Dat gaan we de komende tijd bespreken met onze advocaten. Ik denk dat de volgorde gaat zijn: eerst kijken of we met SGR tot een afspraak kunnen komen. Maar het is nog geen definitief vonnis. De eerste stap is overleg met SGR.’ (Foto Shutterstock).