Het gaat goed met het toerisme op Aruba. Het Caribische eiland pluste in de eerste zes maanden dit jaar 9.5 procent ten opzichte van dezelfde periode in 2014. En dat terwijl het hoogseizoen nog moet komen.
‘Aruba is dit jaar heel populair, maar daar hebben we ook wel wat voor moeten doen,’ vertelt Michalyne Eckmeyer tijdens de Caribbean Latin Workshop van travconnection die vrijdag in Utrecht plaatsvond. Aruba werd daar vertegenwoordigd door Eckmeyer en Elton Barbour, van Aruba Tourism Authority.
Stabiel
Ongeveer 70 procent van alle bezoekers komt uit Amerika volgens Barbour. De pijlen zijn nu op de Nederlandse reiziger gericht, want ook vanuit de Nederlandse markt is er sprake van een stabiele groei, met 2 procent meer Nederlandse toeristen in de eerste 6 maanden van 2015 dan het jaar ervoor. ’De Nederlandse markt is heel belangrijk voor ons, daar zit veel potentie in,’ zegt Barbour. ‘Gemiddeld komen er jaarlijks ongeveer 39.000 Nederlanders naar Aruba, maar zij blijven wel 2 à 3 keer zo lang dan de Amerikanen. Dus dat aantal is eigenlijk keer drie. Economisch gezien dus heel belangrijk.’
Amerika
Dat Nederlandse toeristen langer blijven, heeft alles met de vluchtduur te maken, want voor Amerikanen is deze een stuk korter. ‘Voor hen is Aruba zoals Spanje voor ons is’, zeggen Barbour en Eckmeyer.
Op de vraag of ze last hebben van ‘concurrenten’ Bonaire en Curaçao is het antwoord nee. ‘Elk eiland heeft zijn eigen waardevolle kenmerken. Je moet ze los van elkaar zien,’ zegt Barbour. ‘Onze kracht is juist onze eigen highlights benadrukken, in plaats van vergelijken met de andere eilanden,’ vult Eckmeyer aan. Het belangrijkste volgens haar: ‘Luisteren naar de reiziger.’