De Calamiteitencommissie heeft een calamiteit en uitkeringsvatbare situatie vastgesteld voor de overstromingen op het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland van 6 december 2019.
De volgende besluiten genomen:
– Vaststelling van een calamiteit (op basis van een natuurramp) op 6 december 2019 voor die delen van het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland die werden getroffen door overstromingen en aardverschuivingen na hevige regenval.
– Vaststelling van een uitkeringsvatbare situatie met ingang van 6 december 2019 als gevolg van deze calamiteit(en) voor die delen van het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland waar de aan het fonds deelnemende reisorganisatoren als gevolg van genoemde calamiteit(en) – en de hierdoor aangetaste infrastructuur – niet langer in staat waren hun verplichtingen uit de reisovereenkomst na te komen.
Aan de hand van de feitelijke situatie zoals deze telkens door de betrokken deelnemende reisorganisatoren wordt gegeven zal door het bureau van het Calamiteitenfonds worden vastgesteld of, en zo ja waar en tot wanneer sprake was van een uitkeringsvatbare situatie. De einddatum van de uitkeringsvatbare situatie zal naar verwachting worden vastgesteld op de datum waarop alle reizen in uitvoering zijn aangepast.
Uitvoeringsinstructie:
Reisaanpassingen
Deelnemers kunnen voor reizen naar het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland die op 6 december 2019 al waren aangevangen (uit Nederland vertrokken) en die als gevolg van de natuurramp niet volgens plan konden worden uitgevoerd de meerkosten van de noodzakelijke reisaanpassingen bij het Calamiteitenfonds claimen.
De waarde van de niet geleverde reisonderdelen kan met de uitkering van het fonds worden verrekend.
(Tijdelijke) staking van reizen
Indien reisaanpassing niet mogelijk bleek en de reis (tijdelijk) moest worden gestaakt dan heeft de consument recht op vergoeding van de niet-genoten dagen.
Deze uitkering komt aanvullend op de vergoeding van meerkosten van de noodzakelijke reisaanpassingen aan de reisorganisator.
De reisorganisator keert de vergoeding van de niet-genoten dagen aan de consument uit en overlegt aan het Calamiteitenfonds een overzicht van de vergoede bedragen.
Hij geeft ook een specificatie van de in de reissom begrepen kosten van vervoer en verblijf. Het Calamiteitenfonds berekent op basis daarvan het bedrag van de terugbetaling aan de reisorganisator. De waarde van de niet geleverde reisonderdelen kan met de uitkering van het fonds worden verrekend.
Gedwongen langer verblijf
Gedwongen langer verblijf na afloop van de geboekte reisperiode is niet onder de garantieregeling van het Calamiteitenfonds gedekt. Wellicht kunnen klanten dan een beroep doen op hun reisverzekeraar.
Nog niet aangevangen reizen
Voor reizen met een vertrekdatum vanaf 6 december 2019 geldt dat de (gevolgen van) de overstromingen en aardverschuivingen op het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland bij deelnemers verondersteld worden bekend te zijn.
(De gevolgen van) deze natuurramp(en) vormen geen onverwachte en onvoorziene gebeurtenis meer die zich pas tijdens de reis manifesteert. Het is voor aanvang van de reis bekend. Het Calamiteitenfonds geeft hiervoor geen dekking. De deelnemer is daarom zelf voor de (correcte) uitvoering van de reisovereenkomst aansprakelijk.