
Ondanks de coronacrisis waren Nederlanders in seizoen 2020/21 goed voor bijna een kwart van alle overnachtingen van buitenlandse bezoekers in Duitsland. Daarmee was Nederland opnieuw de belangrijkste buitenlandse markt voor het Duits inkomend toerisme.
Dat was het goede nieuws dat Michaela Klare, directeur van het Duits Verkeersbureau in Amsterdam, dinsdagmiddag meldde bij een drukbezochte Reismarkt Duitsland.
Nederland, van oudsher hofleverancier van toeristen in Duitsland, was goed voor 24 procent van alle overnachtingen van buitenlanders.
Het slechte nieuws was dat het inkomend toerisme in Duitsland als geheel vorig seizoen een teruggang van 50 tot 60 procent moest incasseren ten opzichte van het topjaar 2019.
Ook Nederland leverde nachten in. Het aantal nachten van Nederlandse bezoekers bedroeg 4,7 miljoen. In 2019 waren dat er nog circa 12 miljoen. Nederland wist zijn marktaandeel wel te vergroten.
Nederland is niet alleen de belangrijkste markt voor het Duits inkomend toerisme, omgekeerd is Duitsland de belangrijkste buitenlandse bestemming voor Nederlanders.
‘We zagen dat Nederlanders op reis gingen zodra er door versoepelingen weer gereisd kon worden’, zegt Klare, die vanwege de oorlog in Oekraïne en de onzekerheid die daarmee gepaard gaat, geen prognose voor boekjaar 2022 durft te geven.
‘We zien wel dat veel mensen een vakantie plannen en ermee bezig zijn. We beschouwen 2022 als hersteljaar voor het toerisme in Duitsland.’
De Reismarkt Duitsland werd gehouden in het nieuwe Sir Adam Hotel in Amsterdam-Noord, met 19 aanbieders uit Duitsland en 65 partners uit de Nederlandse reiswereld.
Foto: Michaela Klare, directeur van het Duits Verkeersbureau in Amsterdam.