
Nu al nadenken over de geldigheid van een corona-vaccinatiebewijs voor volgend jaar zomer komt overeen met koffiedik kijken.
Dat zegt woordvoerster Mirjam Dresme van de ANVR in reactie op berichten dat sommige landen mogelijk een maximum geldigheidsduur gaan stellen aan het Europees vaccinatiebewijs (DCC).
Zo zou Oostenrijk de geldigheid van het coronacertificaat bij een dubbele vaccinatie willen beperken tot 360 dagen na vaccinatie (270 dagen voor het Janssen-vaccin) en zou ook Italië een grens van 270 dagen na vaccinatie willen hanteren.
Dat zou betekenen dat reizigers naar die landen zich bij overschrijding van die termijn aanvullend moeten laten testen.
Bij de ingebruikname van het Europese coronacertificaat (DCC) stelden sommige EU-lidstaten dat zij een geldigheidsduur aan het certificaat wilden koppelen.
Nu het erop lijkt dat het certificaat voor langere tijd nodig is om te kunnen reizen, speelt in de EU de discussie over zo’n eventuele geldigheidsduur.
Nederland en veel andere lidstaten houden vast aan een onbeperkte geldigheidsduur van het certificaat omdat een wetenschappelijke onderbouwing dat vaccinaties na verloop van tijd niet meer zouden beschermen, ontbreekt.
‘Tussen nu en volgend jaar zomer kan er nog veel veranderen’, zegt Dresme, die benadrukt dat het uiteindelijk de verantwoordelijkheid van de reiziger zelf is om over de juiste reisdocumenten te beschikken, mocht een bestemming om een aanvullende test vragen.
‘Maar we hebben het over volgend jaar einde zomer, begin winter. Op dit moment is het lastig te zeggen hoe we er dan voor staan. Laten we hopen dat we corona dan grotendeels achter ons hebben kunnen laten. Maar het is ook aan bestemmingen zelf. Als de vaccinatiegraad hoog is, kan dat voldoende zijn en kunnen ze eventuele restricties versoepelen.’ (Foto Shutterstock).