Buitenlandse toeristen mogen van de Chinese overheid voorlopig niet naar Tibet reizen. Het verbod wordt pas op 1 april dit jaar weer opgeheven. Dat meldt het Duitse persbureau dpa.
Tibet was van oorsprong een regio in het westen van China, die zich in 1912 onafhankelijk verklaarde. Na de invasie van het Volksbevrijdingsleger in 1950-1951, werd Tibet opnieuw door China ingelijfd. Tibet ligt op een plateau tussen 3.600 en 5.200 meter hoogte en wordt daarom het ‘dak van de wereld’ genoemd.
Omdat de Tibetanen vreesden voor ontvoering van hun geestelijk leider, de Dalai Lama, brak op 10 maart 1959 een grote opstand uit. De Dalai Lama vluchtte naar India. Deze opstand wordt jaarlijks op 10 maart door veel Tibetanen herdacht. In 2008 braken hierbij opstanden uit, die leidden tot tientallen doden in Tibet zelf.
Volgens dpa zijn de Chinezen bang voor onrust, aangezien het dit jaar precies 60 jaar geleden is dat de grote opstand uitbrak. Bij belangrijke evenementen of gebeurtenissen zijn de grenzen van Tibet al eerder op slot gegaan voor bezoekers. Dat gebeurde ook in oktober 2017, bij een partijcongres van de communistische partij in China. Pas per 1 april dit jaar worden de benodigde papieren om het land in te reizen weer verstrekt.
Officieel is geen reden gegeven voor de tijdelijke sluiting. Lokale agenten noemen volgens dpa een ‘regeringsbesluit’ als reden. (Foto: Shutterstock).
