Nederlanders gaan vaker, korter en luxer op vakantie naar Oostenrijk. Dat stelde Herwig Kolzer, regiomanager Nederland/Groot-Brittannië/België & Denemarken van het Oostenrijks Verkeersbureau woensdag tijdens het jaarlijkse Oostenrijk Atelier in Amsterdam.
In het Scheepsvaartmuseum in Amsterdam vond een ontmoeting plaats tussen 20 aanbieders uit Oostenrijk en inkopers en productmanagers van ruim 30 touroperators uit Nederland. Nederland is nog steeds de tweede buitenlandse markt voor Oostenrijk, na Duitsland.
Record
Vorige winter, seizoen 2015/2016, beleefde Oostenrijk een record toen voor het eerst 1 miljoen Nederlanders werden geteld. Over de zomer had Oostenrijk vorig jaar ook niet te klagen. Het aantal aankomsten vanuit Nederland steeg met 7,4 procent naar een totaal van 828.576. Daarmee was de zomer van 2016 de beste zomer sinds begin jaren 80. De overnachtingen stegen met 7 procent naar 3.921.393. Dat is het hoogste aantal sinds de zomer van 1991.
Wintersport
‘Oftewel, vaker bezoek en korter verblijf’, zegt Thiebout van den Berg, marketing & PR manager van het Oostenrijks Verkeersbureau. ‘Eens temeer blijkt dat een zomervakantie in Oostenrijk gewoonweg ´hot` is.’
De gemiddelde verblijfsduur van Nederlanders in de zomer is 4,7 dagen. In de winter blijven Nederlanders wat langer: 5,6 dagen. De winter is nog steeds het populairste seizoen, met een verhouding van 60 procent winter en 40 procent zomer. Het segment wintersport heeft in Oostenrijk een marktaandeel van 55 procent.
Foto: de Oostenrijkse deelnemers aan het Oostenrijk Atelier, met in het midden Thiebout van den Berg, midden achter regiomanager Herwig Kolzer en achter derde van rechts ANVR-voorman Frank Oostdam.
