
Werknemers in de reisbranche kunnen de komende 16 maanden een loonsverhoging van 3 procent tegemoet zien. In de onderhandelingen voor een nieuwe cao hebben werkgevers en vakbonden een loonsverhoging van twee keer 1,5 procent afgesproken.
De drie vakbonden moeten het onderhandelingsresultaat voor een nieuwe cao nog wel ter goedkeuring voorleggen aan hun achterban. Binnen twee weken moet er duidelijkheid zijn.
Werkgevers en bonden hebben de afgelopen weken in alle stilte onderhandeld. ‘Er is in korte tijd een mooi resultaat bereikt’, zegt Frank Radstake, bij de ANVR verantwoordelijk voor Consumentenzaken en Sociaal Beleid, desgevraagd.
De nieuwe cao gaat met terugwerkende kracht per 1 november 2016 in. Hij heeft een looptijd van 24 maanden. De vorige cao gold voor een jaar. Bonden en werkgevers hebben een loonsverhoging van 1,5 procent per 1 juli 2017 afgesproken. Per 1 juli 2018 is er opnieuw een verhoging van 1,5 procent. Bij elkaar is dat een salarisverhoging van ruim 3 procent in 16 maanden.
Seizoensarbeid
Dat er een nieuwe cao komt, heeft als bijkomend voordeel dat er geen lange wachttijd van zes maanden bij het inzetten van seizoenswerk geldt. Normaal gesproken geldt bij seizoenswerk dat werkgevers na drie contracten binnen twee jaar een vast dienstverband moeten aanbieden, tenzij een wachttijd van zes maanden in acht wordt genomen.
Bij de vorige cao is speciaal voor seizoensarbeid een wachttijd van drie maanden afgesproken. Deze bepaling geldt echter alleen als er een geldige cao is, en niet bij een oude cao die nawerking heeft. Dus als er nu snel een nieuwe cao wordt afgesloten, geldt weer die korte wachttijd van drie maanden.
‘Dat betekent dat werkgevers in de zomer flexibiliteit behouden bij het inzetten van personeel, bijvoorbeeld bij reisleiding’, zegt Radstake. ‘Dat geldt ook voor werknemers, van wie velen bewust kiezen voor seizoenswerk. Ook zij behouden nu hun flexibiliteit.’
Werkgevers en vakbonden hebben ook afgesproken naar een nieuwe pensioenregeling te kijken, die per 1 januari 2018 moet ingaan. Voorwaarde is wel dat de kosten niet hoger mogen worden dan nu het geval is.