
Het feit dat de Verenigde Naties 2017 hebben uitgeroepen tot internationaal jaar van duurzaam toerisme kan een boost geven aan duurzame vakanties. Dat is de hoop en verwachting van Caroline de Greeff, oprichtster en directeur van de sociale reisonderneming Fair2.travel en tevens een voorvechtster van duurzaam toerisme. ‘Dit is een welkome stimulans en een kans om toerisme veel meer in te zetten voor lokale ontwikkeling.’
Volgens de VN kan toerisme bijdragen aan een brede duurzame ontwikkeling als dit goed wordt opgezet en gemanaged. De Greeff kan dit uit eigen ervaring beamen. Bijna vijf jaar geleden ging ze van start met haar organisatie Fair2.travel om via toerisme bij te dragen aan duurzame economische ontwikkeling in armere landen. ‘De lokale bevolking wordt bij onze reizen zoveel mogelijk in de hele keten betrokken. Het geld van reizigers blijft voor het grootste deel in het land achter.’
De Greeff signaleert dat steeds meer reisorganisaties ‘like a local’ concepten introduceren. ‘Enerzijds heel goed, maar het kan ook onbedoeld verkeerd aflopen, wanneer alleen rekening wordt gehouden met de wens van de reiziger en de lokale cultuur wordt vergeten. De eigen community moet daarom een leidende rol hebben in de ontwikkelingen. Ik hoop dat de VN, maar ook reisorganisaties, professionals betrekken bij de ontwikkeling van duurzaam of lokaal toerisme. Alleen als er echt sprake is van een win-win situatie, heeft het duurzaam effect.’
De Greeff hoopt dat dankzij de focus van de Verenigde Naties op duurzaam toerisme ook grotere organisaties zich hiermee gaan bezighouden. ‘Duurzaam toerisme is nog steeds niet mainstream. Het zou fijn zijn als we dat kunnen bereiken in 2017.’
Foto: Caroline de Greeff op een markt in Kumasi.