
Ze groeiden op tussen koffers, balies en boekingssystemen en nu werken ze zelf in het familiebedrijf. Leonie Wünker, June Römer, Emmie de Wit en Justin Goverde vormen de ‘next generation’ van bekende familiebedrijven in de reisbranche. Met frisse energie, digitale skills en een gezonde dosis lef geven ze hun eigen draai aan het vak.
Voor diegene die jullie nog niet kennen, wie ben je?
Leonie: ‘Ik ben Leonie Wünker, de dochter van Gerda Klooster en Erich Wünker van Klooster Reizen. Ik ben geboren in Winschoten, waar ook het hoofdkantoor van Klooster Reizen is gevestigd. Na mijn middelbare school ben ik bedrijfskunde gaan studeren in Groningen. Ik was net klaar met mijn studie toen Covid uitbrak, waardoor een master in het buitenland onmogelijk was. Ik heb toen een jaar op het reisbureau van mijn moeder gewerkt en ben vervolgens naar Barcelona gegaan voor een master. Ik ben daarna in Barcelona gebleven, waar ik werkte voor Baja Bikes. Na tweeënhalf jaar ben ik teruggegaan naar Nederland, naar Klooster Reizen. Daar werk ik nu alweer twee jaar en het bevalt heel goed.’
June: ‘Ik ben June Römer, dochter van Joyce Fonteijn van Kupers Reisinfo en Reisburo Schoenmaeckers. Ik ben afgestudeerd met een master in international business. Tijdens mijn studie werkte ik op het reisbureau en sinds zo’n anderhalf jaar werk ik fulltime bij Kupers en Schoenmaeckers. Tussen mijn hbo-diploma en premaster in heb ik ook een half jaar fulltime gewerkt op het reisbureau. Drie dagen in de week help ik klanten en twee dagen werk ik op de achtergrond en loop ik met mijn moeder mee. Ik kom uit een ondernemersgezin; mijn moeder zit in de reisbranche en mijn vader in de bouw.’
Emmie: ‘Ik ben Emmie de Wit, dochter van Ad de Wit en zusje van Michelle de Wit van Travelcenter Nederland, waaronder Travelcenter de Wit (reisbureaus), Mijn ReisKennis (zelfstandig reisagenten) en Best of Travel (eigen touroperator) vallen. Ik heb de opleiding directiesecretaresse/management assistent afgerond en heb vervolgens bedrijfskunde gestudeerd. Zes jaar geleden ben ik begonnen als serviceagent voor onze zelfstandige reisagenten. Mijn rol is inmiddels breed en dynamisch: ik ben verantwoordelijk voor Mijn ReisKennis en fungeer als rechterhand van Michelle bij onder andere de operationele processen. Michelle en ik zijn langzaamaan alle bedrijfsonderdelen aan het overnemen van onze vader, die zich voornamelijk richt op onze touroperator Best of Travel.’
Justin: ‘Ik ben Justin Goverde, zoon van John Goverde van Pelikaan Travel Group. Ik heb commerciële economie gestudeerd. Ik zit nu twee jaar in het bedrijf en ben bezig met mijn management traineeship, waarbij ik een rondje langs de velden loop: van de reisbureaus in Hillegom, Breda en Zevenbergen naar online, marketing en groepsreizen. Ik ben sinds kort interim manager bij Pelikaan Groepsreizen. In deze rol heb ik dan ook veel te maken met andere reisbureaus en ZRA’s uit de branche die hun maatwerk groepsaanvragen bij ons neerleggen. Hier zie ik zeker ook nog kansen voor komend jaar.’

Was het een vooropgezet plan dat je ooit het bedrijf zou ingaan?
Leonie: ‘Nee, bij ons zeker niet. Het sudderde wel, de mogelijkheid was er absoluut als mijn broer en ik het leuk zouden vinden, maar het was nooit een ‘moeten’. Ik heb ook nooit een specifieke carrièrewens gehad, maar wanneer je uit een ondernemersgezin komt, denk je al snel aan een studie bedrijfskunde. Pas toen ik bij Baja Bikes werkte en dus echt in het toerisme zat, dacht ik: ‘Dit is mega en die kans moet ik niet laten liggen’.’
June: ‘Bij mij hetzelfde. Als kind heb ik nooit de intentie gehad om het bedrijf van mijn moeder in te gaan, het is nooit een verplichting geweest. Je ziet als kind ook de ‘negatieve’ kanten van ondernemen, zoals hoe hard je ouders werken en wat ze allemaal moeten opgeven voor de zaak. Daardoor hebben we denk ik wel allemaal een heel bewuste keuze gemaakt, want werken in de reisbranche is ook ontzettend leuk.’
Justin: ‘Klopt, bij mij was het ook geen ‘moeten’, maar een bewuste keuze vanuit mezelf die natuurlijk wel werd toegejuicht door mijn vader. Tijdens mijn opleiding merkte ik dat ik heel graag bij Pelikaan Travel Group wilde beginnen, waar ik erg blij mee ben.’
Leonie: ‘Onze ouders zijn nu ontzettend blij en trots. Je merkt het aan alles, maar het voelt nog steeds niet als een verplichting.’
Hoe heb je die eerste maanden in het familiebedrijf beleefd? Heb je wel eens gedacht: waar ben ik aan begonnen?
Leonie: ‘Haha, nee dat niet, maar je weet niet zo goed wat je moet verwachten. Het is anders dan bij een ander bedrijf beginnen, omdat je ‘het kind van’ bent. De eerste discussie met mijn moeder was wel even aftasten, maar daar kwamen we wel weer uit. Het is een hele andere wereld dan welke werkervaring ik ook had gehad.’
Zijn jullie ouders op het werk Gerda, Joyce, Ad en John, of toch pa en ma?
Leonie: ‘Ik noem mijn moeder altijd Gerda. Ik vind het heel raar als een collega zegt: ‘Ja, je moeder zei…’.’
Justin: ‘Ik zeg juist altijd pa.’
June: ‘Ik zeg eigenlijk ook altijd ma en weinig Joyce. Dat vindt ze volgens mij ook niet erg.’
Emmie: ‘Ik noem mijn vader altijd bij zijn voornaam ‘Ad’, met een reden. Ik wil niet alleen maar laten zien dat ik zijn dochter ben, of het zusje van Michelle, ik wil laten zien wat ik zelf in huis heb.’
Leonie: ‘Ik was al van kinds af aan op het reisbureau. Als ik dan ‘mama, mama’ riep, reageerde ze niet, want daar was ze Gerda. Als ik ‘Gerda’ zei, dan had ik haar aandacht.’
Justin: ‘Ik ben mijn vader, toen ik bij Pelikaan ging werken, niet opeens bij zijn voornaam gaan noemen, ook niet omdat Bert Thijssen (Operationeel Directeur bij Pelikaan Travel Group, red.) eigenlijk mijn mentor binnen het bedrijf werd. Met hem heb ik twee jaar door het bedrijf gelopen en hij heeft me veel geleerd. Werkinhoudelijke dingen stem ik met Bert af. Natuurlijk overleg ik ook veel met mijn vader en dan nog blijft hij pa, haha.’
Jullie stellen jezelf eigenlijk al vrij snel voor als ‘de zoon/dochter van’. Is het moeilijk om je eigen plek in de branche te vinden of probeer je daar soms een beetje van los te komen?
Emmie: ‘Ik vind dat niet per se moeilijk, mensen herkennen je vaak al. Na een tijdje kennen ze je eigen krachten en weten ze wie jij bent, maar in het begin ben je toch het zusje of de dochter van. Aan de andere kant heeft het ook voordelen, want je komt heel gemakkelijk in contact met collega’s uit de branche.’
Leonie: ‘Ik deed een paar jaar geleden mee aan de Travel Challenge van Reiswerk en zei bewust niet wie ik was, maar mensen kwamen toch naar me toe en vroegen dan: ‘Je bent de dochter van Gerda toch?’. Ze zien het gewoon. Ik ging bijvoorbeeld ook eens naar een presentatie van een rederij, want Gerda kon niet. Toen moest ik van veel mensen de groetjes aan mijn moeder doen, terwijl ik die mensen zelf niet eens kende. Dat was best overweldigend.’
Justin: ‘Ik ga wel eens met mijn vader en Bert naar evenementen in de branche, maar we proberen ook bewust dingen los van elkaar te doen om andere mensen te spreken. Dat vind ik ook het allerleukste: zelf dingen ontdekken en zien.’
Wellicht een open deur: wordt er buiten kantoor ook nog over de zaak gesproken?
Alle vier: ‘Altijd, en dat is ook helemaal niet erg.’
Jullie zijn de ‘next generation’, het thema van deze Top 50, hoe voelt dat binnen het familiebedrijf? Als een kans of juist een verantwoordelijkheid die op je schouders rust?
Justin: ‘Allebei, denk ik. Je wil jezelf bewijzen, laten zien dat je niet alleen het zoontje of dochtertje van bent. We willen er vol voor gaan, kansen zien en pakken, ingaan op trends, et cetera. We hebben een app-groepje met zijn vieren en wekelijks hebben we wel een vraag over hoe we iets zullen aanpakken.’
Emmie: ‘Dat verbindt ons heel erg. Ik vind het persoonlijk echt bijzonder dat ik samen met mijn vader en zus samen in een bedrijf werk. Ik leer zo ontzettend veel van hen. Er is ook een groot leeftijdsverschil, waardoor we elkaar versterken.’
June: ‘We leren ook van elkaar, zijn open over elkaars doelen en dergelijke. Het zijn niet alleen de technologieën die ons vooruit helpen; we hebben elkaar ook nodig.’
Emmie: ‘Daar sluit ik me volledig bij aan.’
Leonie: ‘Mijn oma begon het reisbureau en haar uitdaging was om als eerste in de regio vliegreizen te gaan verkopen, die toen nieuw waren in de reiswereld. Mijn moeder liet het bedrijf van één naar zes kantoren groeien en kreeg te maken met het internet. Wij hebben weer een hele andere ‘frontier’ waar we mee moeten dealen. Op dat vlak kunnen we leren van onze voorgangers, maar ook weer niet, want we moeten het toch zelf uitspelen. Daarbij hebben we met zijn vieren heel erg veel aan elkaar, want we zitten niet in elkaars vaarwater, maar kunnen elkaar wel helpen. Het is voor mij een verantwoordelijkheid, uitdaging en kans, alles tegelijk.’
Emmie: ‘We proberen de ervaring en het netwerk van de vorige generatie te combineren met alle nieuwe tools.’
Justin: ‘Ik kom al sinds ik klein was op de zaak. Ik werk nu samen met mensen die mij als ukkie hebben gezien en zij vinden het superleuk om nu samen te werken. Ik heb laten zien dat ik mijn best doe, dat ik ervoor wil gaan en er ook voor hen wil zijn, om samen naar een nog mooier Pelikaan te groeien.’
June: ‘Ik kom al vanaf mijn geboorte op het reisbureau en werk nu samen met collega’s die mij al mijn hele leven kennen. Ik heb het nooit als negatief ervaren, ik had juist de drang om te laten zien: ‘ik ben de dochter van, maar ik ben ook gewoon June die aan de balie zit en hetzelfde doet’.’
Leonie: ‘Ik heb ook een collega in Winschoten die letterlijk aan mijn wieg stond. Daar werk ik nu zelf mee, heel leuk. Mijn moeder zei aan het begin dat het spannend is, maar dat ik me moest realiseren dat het voor alle collega’s fijn is dat er een voortgang is van het bedrijf. Het geeft hen een bepaalde zekerheid dat het niet wordt overgenomen door iemand die ze niet kennen; het blijft in de familie.’

Hoe reageerden vrienden toen jij in de reisorganisatie stapte?
Leonie: ‘Die snapten er helemaal niks van, haha. Ze weten niet wat het inhoudt. Ik ben bijvoorbeeld lid van een netwerkclub van FC Groningen en elke keer moet ik weer uitleggen wat het is en wat wij doen én kunnen doen. Na die uitleg snappen ze het wel en denken ze ook: ‘Wat handig eigenlijk, dan hoef ik dat zelf allemaal niet uit te zoeken’. Ik zeg dan: ‘Nee, dat doen wij’. Het verbaast me hoe vaak ik het moet vertellen, maar het goede nieuws is ook dat ik er inmiddels een aantal boekingen heb uitgesleept.’
June: ‘Mijn vrienden die ik al van jongs af aan ken, zeggen allemaal dat ze wel wisten dat ik uiteindelijk in het bedrijf zou gaan werken. Het was niet raar of zo voor hen. Veel van mijn vrienden boeken ook bij ons, ze zien echt de meerwaarde ervan in. Ze sturen ook wel eens een appje of ik een reis die ze online hebben uitgezocht, kan inboeken. Anderen komen zonder ideeën en vragen om hulp van A tot Z; dat vind ik het leukste om te doen.’
Zijn er bepaalde tradities in het familiebedrijf die jij koester?
Justin: ‘We proberen één keer in de anderhalf jaar een bedrijfsuitje te organiseren, bijvoorbeeld een weekend weg. Onlangs zijn we met het hele bedrijf naar Moraira geweest en dat was fantastisch. Ook hebben we altijd een barbecue aan het einde van de zomer.’
June: ‘We hebben niet per se tradities naast de personeelsuitjes, maar het gaat meer om het familiaire gevoel dat we willen uitstralen naar onze werknemers. Ze kunnen ons (Brigitte, de rechterhand van Joyce, Joyce of mij) altijd bellen. Dat moet geen drempel zijn. Het is een familiebedrijf en dat blijft het ook.’
Leonie: ‘Wij hebben het zo ingevuld dat iedereen de dag begint met een kopje koffie samen, niet meteen achter de computer. Dat je even met elkaar zit en alles bespreekt. Je hoeft niet alleen maar te werken. Het is belangrijk dat je gewoon af en toe even quality time met elkaar hebt. Niet iedereen heeft die behoefte, maar voor de mensen die daaraan meedoen, is het heel fijn. Dat creëert echt een teamgevoel.’
Wat wil je het liefst vandaag nog veranderen?
Leonie: ‘Ik heb al redelijk veel veranderd, maar ik merk wel dat als je bijvoorbeeld nieuwe systemen implementeert, het even duurt voordat iedereen dat oppakt. Ik ben er veel mee bezig, ook omdat niet iedereen het even vlot omarmt. En de ontwikkelingen gaan snel; dit blijft een uitdaging.’
Justin: ‘Reiskenner is een mooi voorbeeld. Dit is een nieuwe boekingsmodule die we met DTA hebben ontwikkeld, waar alle leveranciers in één systeem zitten en je prijzen kunt vergelijken. Wij zijn betrokken bij de content, het uitrollen bij de reisbureaus en werken er samen aan, dat is heel erg leuk om te doen.’
Emmie: ‘De oudere generatie heeft moeite met de ontwikkelingen omdat het snel gaat en zelfs voor ons gaat het soms mega-snel. De oudere generatie is ontzettend belangrijk, want die werkt vanuit emotie. De nieuwe generatie heeft dat iets minder; technologie zit niet vol emotie, terwijl dat juist zo belangrijk is, want dat is reizen. Die combinatie is de key. In elk team hebben we ervaren mensen die langer in het bedrijf zitten en meer op relaties en netwerken gericht zijn, en de jongere generatie die juist bezig is met alle tools, efficiëntie en systemen.’

We kunnen er niet omheen: AI, is het een vloek of een zegen?
Justin: ‘Wij hebben een AI-clubje van drie mensen binnen het bedrijf, die proberen elk bedrijfsonderdeel daarin wegwijs te maken. Je merkt wel dat het bij het ene bedrijfsonderdeel sneller kan dan bij het andere, ook omdat daar wat meer ‘oude garde’ zit die het werk al twintig jaar goed doet. Ze zien misschien wel dat het efficiënter kan met AI, maar het onbekende is er nog. Juist in de winkels is het heel belangrijk om AI te omarmen, maar het zeker niet te gebruiken om alles te laten bepalen, omdat het foutgevoelig is. Onze kracht is dat we er zelf zijn geweest en dat moeten we uitstralen, we hoeven dat niet door een computer te laten uitleggen.’
Emmie: ‘Wij hebben ook een werkgroepje dat bezig is met de doorontwikkeling van allerlei nieuwe en handige tools. Hierdoor hebben we betere inzichten en kunnen we steeds beter en makkelijker inspelen op de wensen van de klant. Technologie is meer een basis geworden, geen extraatje meer. Daarnaast laat je jouw sterke krachten en emoties zien.’
Social media is natuurlijk ook heel belangrijk, wat laten jullie daar zien?
Leonie: ‘Social media is inderdaad heel belangrijk, maar we laten geen enkele aanbieding zien. Bij ons is het allemaal onze eigen ervaring, met tips om te laten zien dat we overal zijn geweest.’
Emmie: ‘De binding met de klant is echt heel erg belangrijk.’
Leonie: ‘Wat we wel laten zien, zijn interessante producten voor onze klanten. TUI had bijvoorbeeld een mooie Mein Schiff-cruise inclusief vliegen vanaf Groningen Airport Eelde. TUI zal daar zelf geen extra promotie voor maken, maar voor onze doelgroep is dat een heel interessant product. Klanten vinden vertrekken vanuit de regio fantastisch.’
Emmie: ‘Het is voortdurend in contact blijven met je klanten. Of dat nu via Facebook, Instagram of WhatsApp is. De drempel moet zo laag mogelijk zijn.’
Leonie: ‘Klopt! Ik heb WhatsApp al snel ingevoerd, nadat ik was begonnen bij Klooster Reizen, en dat werkt zó goed. Klanten benaderen je een stuk sneller om een afspraak te maken of vragen om een reisvoorstel.’
Justin: ‘Waar we iets laten zien, zit ook nog verschil in. Met Suntip richten we ons bijvoorbeeld meer op de prijsbewuste klant, die aan het vergelijken is tussen allerlei websites. Dan richt je je meer op Facebook of Instagram. Onze groepsreizen laten we weer meer zien op LinkedIn, gericht op directeuren die bijvoorbeeld een jubileumreis of personeelsuitje willen organiseren. Voor de reisbureaus richten we ons vooral op het persoonlijke aspect via Facebook en Instagram.’
En TikTok?
Justin: ‘Met Suntip en Pelikaan Travel Group zitten we wel op TikTok. Ons marketingteam is daar steeds meer mee bezig. We plaatsen daar hele verschillende video’s. We wisselen grappige filmpjes af met mooie beelden van bestemmingen.’
Leonie: ‘Ik vind het ook heel leuk om TikToks te maken. Ik ben nog niet viraal gegaan, maar hoop dat dat snel gaat gebeuren. Als ik zelf op vakantie ga, zoek ik ook naar restaurants of bezienswaardigheden op TikTok, dus ik vind dat wij daar ook tussen moeten staan.’

Komen er wel eens klanten binnen die iets gezien hebben op TikTok en dat willen boeken?
Leonie: ‘Ja, en dan zien we ook gelijk weer de andere kant van social media. Onlangs kwam er een groep jongeren binnen dat een prachtig huis had gezien op Zakynthos. Op de video’s is echter niet te zien dat dit huis overal ver vandaan ligt en dat ze bijvoorbeeld een auto moeten huren of alles met de taxi moeten doen. Ze denken eigenlijk niet verder dan wat ze gezien hebben.’
Emmie: ‘Zeker! Social media speelt een steeds grotere rol in het reisgedrag. Neem Albanië: mensen zien de prachtige stranden op TikTok, maar beseffen vaak niet dat die plekken lastig bereikbaar zijn. Zodra we uitleggen dat ze uren moeten rijden vanaf het vliegveld, haken ze vaak af. Dat is ook precies waar onze meerwaarde ligt: we helpen klanten om hun reisinspiratie om te zetten in een realistische en goed georganiseerde vakantie. Zonder zorgen naar de juiste plek.’
Justin: ‘Die meerwaarde is inderdaad heel belangrijk. Laatst hadden we een bedrijf dat tijdens een groepsreis wilde genieten van een hapje en een drankje en lekker op stap wilde, maar zelf kwamen ze met Marrakesh. Dat is nou niet per se een bestemming om lekker te feesten. We stellen dan iets anders voor, bijvoorbeeld Valencia of Lissabon.’
Nu we het hebben over die meerwaarde. Wat is de belangrijkste reden dat mensen nog steeds naar het reisbureau komen?
June: ‘Vertrouwen, advies, gevoel en ontzorging. We hebben regelmatig klanten die lang zelf hebben gezocht en uiteindelijk toch naar het reisbureau komen, omdat ze er niet uitkomen. Als ze dan eenmaal hebben geboekt en de ontzorging hebben ervaren, komen ze daarna ook vaker terug. Tegenwoordig verdwalen mensen ook steeds vaker online. Dat stukje vertrouwen vinden ze wel bij ons.’
Is het moeilijk om jouw eigen generatie te overtuigen om bij een reisbureau te boeken?
Leonie: ‘Ik vind het een uitdaging voor de makkelijke reizen. Voor de verre bestemmingen, zoals Japan of Zuid-Afrika, komen ze wel. Ook voor groepsreizen komt men naar het reisbureau en we zien ook regelmatig groepjes jongeren, maar een stedentripje naar Parijs, dat doen ze tegenwoordig toch vaak zelf.’
Justin: ‘Ik denk dat je er juist bij stedentrips en zonvakanties nog veel meer uit kunt halen. We hebben vriendengroepen die elkaar opvolgen en ouders vinden het fijn als hun kinderen naar het reisbureau gaan, zeker als ze met groepen zijn. Probeer maar iets te vinden voor twintig man.’
June: ‘Jonge families vinden het ook heel fijn. Ze hebben geen tijd of zin om alles zelf uit te zoeken, die komen ook gewoon naar het reisbureau.’
Emmie: ‘Wat ik wel moeilijk vind, is dat jongeren met veel wensen komen, geïnspireerd door wat ze online zien. Dat maakt het soms moeilijker om elkaar direct goed te begrijpen. Zodra je ze meeneemt in wat een reis écht inhoudt, van budget tot praktische invulling, ontstaat er een veel beter gesprek. Dan komen we samen tot ideeën die perfect passen.’
Hoe zien jullie de rol van het reisbureau over zo’n tien jaar?
Emmie: ‘Ik denk dat het gevoel dat mensen bij reizen hebben alleen maar belangrijker wordt. Reizen is verbinden en even uitschakelen, en dat bieden technologieën niet. Daar blijven wij een belangrijke rol in spelen. Mensen gaan dat steeds meer beseffen. Ook zijn we 24/7 bereikbaar op de reisbestemming, wat mensen ook fijn vinden.’
Leonie: ‘Ik denk dat de prijzen door verschillende oorzaken zullen stijgen. Mensen blijven behoefte houden aan een goed advies en persoonlijk contact. Informatie van iemand die op de bestemming is geweest, blijft heel belangrijk en onderscheidend ten opzichte van alleen de feitelijke informatie van ChatGPT. ChatGPT heeft geen inlevingsvermogen en kent jou niet als klant. Digitale marketing en verkooptechnieken worden – juist ook online – steeds sterker en verleidelijker, waardoor de ervaring, kennis en onafhankelijkheid van de professionele reisadviseur steeds belangrijker wordt.’
June: ‘Precies. Reisbureaus blijven ook in de toekomst belangrijk. Mensen die bijvoorbeeld voor het eerst vliegen of iets nieuws gaan doen, willen daarover praten met iemand met ervaring onder het genot van een kopje koffie. Dan zien ze meteen onze meerwaarde.’
Justin: ‘Suntip bestaat sinds 2007 en toen al werd gezegd dat het reisbureau het niet zou volhouden. Ik denk dat we met onze vijf reisbureaus kunnen laten zien dat het echt zeker wel toekomst heeft. Vooral verre reizen; waarom zou je het zelf uitzoeken en er veel tijd in steken? Terwijl je je wensen aan ons kunt doorgeven en een paar dagen later een prachtig op maat gemaakt aanbod binnen kunt hebben, dat ook nog eens net zo duur is als online?’

Heb je over vijf jaar het stokje al overgenomen?
Justin: ‘Mijn vader zei vroeger dat hij op zijn 58e zou stoppen. Hij wordt in november 60 en gaat nog een aantal jaar door. We zijn veel bezig met gesprekken over hoe verder. We zijn nu vooral bezig met de korte termijn, maar moeten meer kijken naar waar we over vijf en tien jaar willen staan. Over vijf jaar verwacht ik wel dat ik het heb overgenomen. Natuurlijk blijft pa op de achtergrond betrokken bij ons familiebedrijf.’
June: ‘Bij mij is het iets anders. Mijn moeder is begin 50 en vindt het nog veel te leuk, dus niet binnen de komende vijf jaar. We hebben ook geen tienjarenplan gemaakt. Bij ons is het meer van onderaan beginnen en alles leren. Ik zit nu drie dagen aan de balie en dat worden er straks twee, zodat ik meer met haar mee kan lopen. Daarnaast lijkt het mij ook heel leuk om het een aantal jaar samen met mijn moeder te doen en dat ze dan langzaam een stapje terug doet.’
Leonie: ‘Gerda wordt dit jaar 62 en mijn vader is drie jaar jonger. Mijn moeder wacht een beetje tot mijn vader klaar is met werken, zodat ze samen met pensioen kunnen, haha. Ik weet dat mijn moeder dat binnen nu en vijf jaar wel ziet zitten. Ik ga volgend jaar trouwen en mocht er gezinsuitbreiding komen, dan is het fijn dat ze er nog een tijdje bij is.’
Emmie: ‘Ik verwacht wel dat mijn vader over vijf jaar nog wat in het bedrijf doet, vooral de verkoop van verre reizen. Hij zal dan wel wat minder uren werken dan nu, want hij werkt stiekem nog fulltime. Uiteindelijk zal hij achter de schermen altijd wel mee blijven denken en kijken.’
June: ‘Mijn opa krijgt op de achtergrond ook nog veel mee. Als hij bijvoorbeeld cijfers krijgt, is hij er echt mee bezig en zegt hij: ‘dat kantoor heeft een goede week gedraaid, hè?’. Mijn opa is begonnen met onze reisbureaus en is supertrots dat ik er nu in zit als derde generatie.’
Jullie kennen elkaar via de Dutch Travel Alliance (DTA). Hoe belangrijk is dit netwerk voor jou?
Leonie: ‘Ik vind het bijzonder om te zien dat we uit allemaal verschillende delen van het land komen, maar toch dezelfde problemen en uitdagingen tegenkomen. Het is heel fijn om dat met elkaar te kunnen bespreken.’
Emmie: ‘We versterken elkaar, dat maakt het netwerk zo belangrijk.’
Justin: ‘We worden ook uitgenodigd bij reisorganisaties. Laatst ben ik bij TUI geweest en heb ik meegelopen met Arjan Kers en Anne Tattersall. Binnenkort gaan we naar Corendon om met Cigdem Akin en Tineke Boele te sparren over alle ontwikkelingen. Het is fijn dat we gezien worden.’

Wat zou je doen als je niet in deze reiswereld zou werken?
June: ‘Ik zou het echt niet weten. Het enige wat ik tijdens mijn studie heel leuk vond, was de autoindustrie. Ik zou bij Mercedes op het hoofdkantoor gaan werken, maar toen kwam Covid’
Justin: ‘Toen ik naar het hbo ging, koos ik commerciële economie omdat het breed was. Ik vond marketing en sales leuk en het bedrijf interesseerde me, maar ik wist toen nog niet wat ik wilde doen. Na een jaar of twee merkte ik dat ik wel het bedrijf in wilde, maar het leek me ook altijd leuk om fysiotherapeut te worden.’
Leonie: ‘Ik denk wel dat ik naar andere landen zou gaan reizen, eropuit. Dat zit in je als persoon; het bekende reisvirus. Wat ik daar dan zou doen, dat is de vraag.’
Emmie: ‘Er is geen andere plek waar ik op dit moment zou willen werken.’
Stel, jullie gaan met zijn vieren een reisbureau openen, hoe zou het reisbureau van de toekomst er dan uitzien?
Emmie: ‘Dat is heel lastig, omdat ik denk dat ervaring heel belangrijk blijft en dat hebben wij allemaal net wat minder. Het zou er niet drastisch anders uitzien dan nu.’
Leonie: ‘Het lastige is ook dat je dezelfde visie moet hebben en de sfeer is belangrijk. Dat zit bij ons allemaal wel goed. De sfeer op het reisbureau moet goed zijn, klanten moeten zich thuis voelen, dat is het allerbelangrijkste.
June: ‘Zouden onze reisbureaus drastisch anders zijn dan hoe ze er nu uitzien? Ik denk dat de basis blijft, klanten komen voor ontzorging, persoonlijk contact en ook voor advies.’
Top 50 los ontvangen?Op zoek naar een fysiek exemplaar van de Top 50? Geen probleem! Word nu abonnee (Compleet óf Web Only) en ontvang ook de Top 50 van 2025: https://www.travmagazine.nl/abonnementen/
Geef een reactie