
Arjan Kers werd tien jaar geleden benoemd tot general manager van TUI Nederland. Een functie waar hij destijds nooit van had durven dromen, of eigenlijk niet over nadacht. Inmiddels is hij uitgegroeid tot een van de meest herkenbare gezichten van de Nederlandse reiswereld. In dit gesprek blikt hij terug op zijn loopbaan, de veranderingen in de sector en zijn persoonlijke stijl als manager.
Je staat nu tien jaar aan het roer van TUI Nederland en inmiddels ook van TUI België, had je dat ooit voorzien?
‘Absoluut niet. Het was nooit mijn ambitie om ‘de grote baas’ van TUI Nederland te worden. Ik was altijd internationaal actief, werkte als inkoper, reisde veel en kende bijna elk hotel aan de Middellandse Zee. Dat vond ik fantastisch. Een universitaire opleiding had ik niet, dus ik vroeg me destijds echt af of zo’n positie überhaupt haalbaar zou zijn voor mij. Maar door ervaring en inzet ben ik erin gegroeid.’
Wat maakte juist die rol als inkoper zo aantrekkelijk?
‘Het spel van onderhandelen, de dynamiek met hotelpartners. Ik hield ervan om midden in het vuur van het gesprek te staan. Soms zelfs letterlijk een bijna getekend contract verscheuren en dan weer op je knieën terug om het goed te maken. Dat was een soort toneelspel, maar het hoorde erbij. Of een deal koppelen aan de uitslag van een voetbalwedstrijd, ook dat heb ik meegemaakt. Al die momenten leerden me veel over omgaan met mensen en verschillende culturen. Mijn ‘universiteit van het leven’ noem ik het wel eens.’
Hoe was het om in Nederland het stokje over te nemen?
‘Dat was best spannend. Ik kwam uit een internationale functie, weinig mensen in de Nederlandse reisbranche kenden me. Mijn voorgangers, Steven van der Heijden en Gerrit Slot, hadden TUI Nederland (toen nog deels Holland International) succesvol uit negatieve cijfers gehaald. Dat waren grote schoenen om te vullen. Ik wist dat ik mijn eigen stijl moest ontwikkelen, minder hiërarchisch en meer gericht op snelheid en samenwerking. Het was het perfecte moment om dat door te voeren.’
Hoe zou je jezelf als manager omschrijven?
‘In de afgelopen tien jaar ben ik daarin echt veranderd. In het begin luisterde ik veel naar ervaren mensen om me heen. Je moet durven erkennen waar je minder sterk in bent en daar de juiste mensen voor zoeken. Het idee dat een CEO alles zelf moet weten, vind ik achterhaald. Goede mensen om je heen, daar draait het om. Dat wil ik jonge managers ook meegeven: je hoeft niet alles zelf te doen. Wees transparant, stel je kwetsbaar op en bouw een sterk team.’
Ben je ook een harde manager?
‘In tijden van transformatie, die TUI Group nu doormaakt, moet je knopen doorhakken. Ik kan professioneel en privé goed scheiden en heb geleerd daarmee om te gaan. Natuurlijk zou je sommige beslissingen liever anders nemen, maar je weet dat het bij je rol hoort. En nee, daar lig ik geen nachten wakker van.’
Je zei laatst tegen jonge mensen: ‘In deze sector moet je altijd ‘aan’ staan’. Jij geeft daar zelf ook het voorbeeld in.
‘Dat is deels zo gegroeid. Mijn vrouw (Kers is getrouwd met Maru Araña, director sales & contracting bij RIU Hotels, red.) en ik hebben destijds bewust gekozen om beiden onze ambities te volgen. Daardoor heb ik jarenlang in het buitenland gewoond, altijd onderweg, in hotels, zonder vaste thuisbasis. Je werk wordt dan ook een groot deel van je leven. Maar het is een eenzaam bestaan. En soms moet je bewust je rust nemen, dat doe ik inmiddels ook wel.’
Hoe kijk je naar de veranderingen in de sector de afgelopen tien jaar?
‘Onze branche is ongelooflijk veerkrachtig. Elk jaar krijgen we te maken met geopolitieke uitdagingen, faillissementen, natuurrampen of andere crises. We weten precies hoe we daarop moeten reageren, dat zit in ons DNA. Dat geldt voor TUI, maar ook voor de hele sector. Daarnaast speelt technologie nu een steeds grotere rol. Daar investeren wij als groot bedrijf veel in, maar het verandert ook de hele klantreis. Daar moeten we echt scherp op blijven.’
En de politiek, die zich steeds meer met de reiswereld bemoeit?
‘Daar zie ik wel een verschuiving. We zijn als sector veel tijd kwijt aan uitleggen wat we doen en hoe belangrijk we zijn voor de economie, in plaats van dat we ondersteund worden. De discussie rondom vliegschaamte is daar een voorbeeld van. Begrijp me goed: verduurzaming is belangrijk, maar ik zou willen dat er meer begrip is voor wat de sector bijdraagt. En ik blijf erbij: politici zouden vaker met ondernemers in gesprek moeten gaan, om echt te weten wat er speelt.’
Over vijf jaar: waar staat TUI dan? En waar sta jij?
‘Ik heb er nog volop plezier in. Sinds kort maak ik ook deel uit van de internationale Markets + Airline Board van TUI Group, dat brengt weer nieuwe ervaringen en uitdagingen. Maar als morgen iemand opstaat en zegt: ‘Arjan, jouw tijd is gekomen’, dan is dat ook prima. Ik heb geen ego dat me daaraan bindt. Ik wil vooral bijdragen aan de sector en jonge mensen kansen geven.’
Hoe kijk je naar je rol als voorzitter van de ANVR?
‘Dat is nog steeds een mooie ervaring. Ik heb veel geleerd van Frank Oostdam en werk nu prettig samen met Frank Radstake, die de vereniging op een eigentijdse manier leidt. Het is belangrijk dat we als sector alert blijven, want het zal niet de laatste crisis zijn die we meemaken. Samenwerking is daarin cruciaal.’
Stel, op een dag stop je als ‘reisbaas’. Hoe zien we je dan terug?
‘Dan ben ik echt weg. Ik geloof niet in bemoeien vanaf de zijlijn. Elke tijd heeft zijn eigen uitdagingen, en het is belangrijk dat we de mensen die dan aan het roer staan hun werk laten doen. Ik blijf wel trots op alle ondernemers in de reiswereld die zich elke dag met hart en ziel inzetten om mensen een mooie vakantie te bezorgen.’
(Dit interview met Arjan Kers is ook gepubliceerd in TravMagazine #9).