
In een reactie waarin KLM haar kant van het verhaal schrijft als reactie op de vijfde rapportage van de staatsagent schrijft de luchtvaartmaatschappij onder andere: ‘Wij hebben de eindrapportage van de staatsagent met verbazing gelezen. Het is een mengeling van meningen en feiten.’
‘Zo doet de staatsagent uitspraken over kostenbesparingen in het lopende jaar, 2023, waarvan de uitkomst nog niet vaststaat. Ook zouden de door de Nederlandse overheid gestelde voorwaarden reden zijn geweest voor de Europese Commissie om de staatssteun goed te keuren, wat niet klopt’, aldus KLM.
Lees ook: Dit schrijft de staatsagent in zijn vijfde rapportage over KLM.
Lees ook: Vervolgstappen richting KLM naar aanleiding van rapportage staatsagent?
Het rapport lijkt volgens KLM te stellen dat de Staatsleningen, de NOW en de uitgestelde loonbelasting onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. ‘Dat is niet het geval. De voorwaarden golden voor de Staatsleningen (Staatslening en de door de overheid gegarandeerde kredietfaciliteit van de banken), maar niet voor de NOW-steun en niet voor de uitstel loonbelasting. Deze laatste twee kennen immers hun eigen voorwaarden waaraan KLM zich heeft gehouden en, voor zover nog van toepassing, zich zal blijven houden. Het waren generieke steunmaatregelen die voor alle bedrijven in Nederland golden. Alle NOW-aanvragen door KLM zijn door externe accountants beoordeeld en daar is geen enkele schending van de regels geconstateerd.’
Verder doet de staatsagent volgens KLM onder andere persoonlijke uitspraken over de vermeende bevoorrechte positie van KLM op Schiphol en beweert hij in de aanbiedingsbrief dat de luchtvaart geen volledig vrije en concurrerende markt is. ‘Concurrentie vindt echter niet alleen plaats op Schiphol, maar met hubs (knooppunten) in Frankfurt, Istanbul, Dubai of zelfs het Verre Oosten. Ook richt de staatsagent zijn pijlen op onze vliegers. Dat is niet terecht. Wij staan voor alle KLM’ers, maken afspraken met de vakbonden over voorwaarden en nemen dan ook afstand van de opmerkingen van de staatsagent in de rapportage.’
‘De veranderende economische omstandigheden en krapte op de arbeidsmarkt leidden tot nieuwe dilemma’s en dwongen KLM tot het maken van lastige keuzes. Die hebben goed uitgepakt. De steun van de overheid is effectief geweest en KLM is met succes door de crisis gekomen. De (Nederlandse) reiziger kan volledig bij ons terecht, het netwerk is behouden en de leningen zijn sneller dan verwacht terugbetaald. KLM heeft altijd correct, feitelijk en zorgvuldig gerapporteerd, ook in het jaarverslag, en de betrokken ministeries meegenomen in de afwegingen’, aldus KLM.
‘De voorwaarden voor de Staatslening en garantie op de kredietfaciliteit zagen toe op reductie van de beïnvloedbare kosten, bijdrage van het personeel door reductie arbeidsvoorwaarden, voorwaarden op het gebied van duurzaamheid en leefbaarheid, overige voorwaarden zoals dividendverbod. Deze voorwaarden zijn vastgelegd in het zogenaamde “Framework Agreement”. Wie het eindrapport van de Staatsagent leest zou kunnen denken dat de KLM zich niets van de voorwaarden van de Staat heeft aangetrokken. Dat is echter geenszins het geval’, aldus KLM.
Samenvattend stelt KLM:
– Dat KLM de besparing van 15% op beïnvloedbare kosten in 2020, 2021 en 2022 ruimschoots heeft gehaald;
– KLM-medewerkers hebben in de eerste zeventien maanden van de coronacrisis een arbeidsvoorwaardelijke bijdrage geleverd van – naar draagkracht – tussen de 0 en 20%;
– Er zijn 550 nieuwe medewerkers aangenomen in de KLM-operatie op Schiphol waarmee de operationele problemen die vanaf de meivakantie van 2022 ontstonden zijn opgelost;
– De leningen door de staat zijn terugbetaald – met rente – en er is gestart met het terugbetalen van de uitgestelde loonbelasting;
– KLM behaalt sinds 2022 weer positieve financiële resultaten;
– Er is een commerciële kredietfaciliteit met veertien banken afgesloten zodat de staatssteun per april kon worden beëindigd.
KLM zegt positief te zijn over de toekomst. ‘33.000 KLM’ers zijn dankbaar voor de steun van de overheid en trots dat KLM deze moeilijke periode is doorgekomen. Het is tijd om vooruit te kijken en samen te werken aan een sterke en duurzamere luchtvaart.’